Welke interpretaties?
Wanneer het doorrijden voor een bestuurder belemmerd wordt, kan ik uit de tekst niet uitmaken in welke richting, langs welke kant. (ik weet wel wat hier bedoeld wordt, maar ik stel mij in de plaats van....)15.2. De bestuurder moet, bij het kruisen een voldoende zijdelingse afstand laten en, zo nodig, naar rechts uitwijken.
De bestuurder, waarvan het doorrijden belemmerd wordt door een hindernis of door de aanwezigheid van andere weggebruikers, moet vertragen en, zo nodig, stoppen om de tegemoetkomende weggebruikers doorgang te verlenen.
In praktijklessen spreekt men vaak over voorrang verlenen aan de tegenliggers als de geparkeerde wagens aan uwe kant staan. Dat is duidelijk. Maar aan welke kant, in welke rijrichting kan het doorrijden belemmerd worden door de aanwezigheid van andere weggebruikers?
Toon mij eens aan waar je dat in de tekst terugvindt?
Je kan in de tekst van de wegcode even goed interpreteren dat wanneer je geen hindernis hebt het doorrijden ook belemmerd kan worden door tegemoetkomende weggebruikers.