Mijn begeleider zegt me dan om naast de auto's te rijden (in feite in het midden van de weg)

Neen, je moet zo rechts mogelijk rijden maar wel trachten 1 meter zijafstand te houden van geparkeerde auto's.
Als de geparkeerde auto's aan jouw rechterkant staan, moet je voorrang verlenen en goed vooruitkijken waar je opzij kan.

Het betreft een tweerichtingstraat waarbij er volledig rechts geparkeerd wordt, maar er is maar voldoende plaats voor 1 auto. Dus als je in de richting rijdt van de geparkeerde auto's dan moet je uitwijken telkens er een tegenligger aankomt https://www.google.be/maps/@51.1461588, ... 312!8i6656
Alleen op de foto hierboven staan er maar een paar auto's en meestendeels is staat heel de weg vol auto's.
Mijn begeleider zegt me dan om naast de auto's te rijden (in feite in het midden van de weg) en van zodra er een tegenligger komt om dan tussen 2 geparkeerde auto's even uit te wijken zodat de tegenligger door kan.

en dit steeds bij elke geparkeerde auto

Rij met zachte, vloeiende zijwaartse bewegingen. Het hangt er natuurlijk vanaf hoe ver die geparkeerde auto's van elkaar verwijderd zijn. Het heeft weinig zin om helemaal naar rechts te rijden als je onmiddellijk erna naar links moet uitwijken en je daardoor heel hoekige bewegingen moet gaan doen.
Algemene regel: zoveel mogelijk rechts rijden.
Praktijk: met zachte, vloeiende zijwaartse bewegingen maken.

wanneer het een straat betreft waarbij het te smal is om de tegenligger te kruisen.

Niet alleen in straten waar het te smal zou zijn om je tegenligger te kruisen.
Je plaats op de openbare weg is steeds, zo rechts mogelijk

Ok, dus spiegels en pinkers. Als ik dus rechts rijd en ik passeer een geparkeerde auto moet ik eerst in de spiegels kijken, dan pinken naar links, de geparkeerde auto voorbij rijden, kijken in de spiegels​, pinken naar rechts en terug zoveel mogelijk rechts rijden en dit steeds bij elke geparkeerde auto wanneer het een straat betreft waarbij het te smal is om de tegenligger te kruisen.

Gast schreef: ↑01 mei 2017, 08:11 Dus ik moet als het ware slalommen met telkens het gebruik van de pinkers om naast de auto te rijden en dan terug mijn plaats in te nemen aan de rechterkant?

Niet alleen pinkers, de rijprof schreef: spiegels EN pinkers

Natuurlijk moet men ook niet overdrijven.
Stel dat je 1 geparkeerd voertuig tegenkomt, dan een autolengte gewoon terug plaats met dan weer een geparkeerd voertuig.
Dan hoef je echt niet terug in die opening gaan kruipen om te slalommen.
Als je op voorhand gekeken hebt en er komen geen tegenliggers, mag je deze 2 voertuigen gerust in 1 keer voorbijsteken.

Dus ik moet als het ware slalommen met telkens het gebruik van de pinkers om naast de auto te rijden en dan terug mijn plaats in te nemen aan de rechterkant?

Tracht een zijafstand te houden van 1 meter naast de geparkeerde wagens.
Verder rij je zo rechts mogelijk.
Zijdelingse verplaatsingen doe je met zachte, vloeiende bewegingen.
Telkens spiegels kijken en pinken als je opnieuw een zijdelingse verplaatsing gaat doen.

En als je nu een straat hebt waar ze langs één kant geparkeerd staan en er op dat moment geen tegenliggers zijn, mag je dan in het midden van de rijbaan rijden zodat je steeds langs de geparkeerde auto's rijdt of moet je altijd rechts rijden en van zodra je een geparkeerde auto tegenkomt naar het midden rijden en zo ja moet je dan je pinkers gebruiken als je naar het midden van de rijbaan rijdt ook als er geen tegenligger is?

Wat als ik in een situatie terechtkom waarbij de tegenligger niet kan passeren en we allebei stilstaan?
Ik kan dat moeilijk inschatten, omdat het zo nipt is altijd.

Je moet dat voorkomen en van ver inschatten of je genoeg ruimte hebt om met 2 te kunnen kruisen.
Je neemt de breedte van de tegenligger x 1.5 (als het ongeveer dezelfde breedte als jouw auto is).
Als je geen denkbeeldige ruimte hebt dat meer is dan 1,5 x jouw tegenligger, kun je niet veilig kruisen.

'Nipt' rijden is risicovol en levert jou slechte punten op voor het examen.
Tracht op voorhand goed te voorzien of je met veilige ruimte kunt kruisen.

Als je ziet dat het nipt wordt, stop je vóór een smalle doorgang en hou ook ruime afstand (2 autolengtes) vóór de geparkeerde wagens.
Dat geeft je beter uitzicht en je kunt er met meer veilige ruimte van wegdraaien zodra je opnieuw kunt vertrekken.
Vóór je opnieuw vertrekt, kijk in de linkse spiegel!

Een deel van mijn examenroute bestaat uit allemaal smalle straatjes, met geparkeerde wagens aan beide kanten, die tweerichtingsverkeer zijn. Toen ik oefende in die straten met mijn instructeur had ik verschillende keren een tegenligger. Mijn reflex was dan om, als er ruimte was achter een geparkeerd voertuig, mij iets meer naar die kant op te stellen (lichtjes uitwijken dus) zodat de ander zeker kan passeren zonder mijn auto te beschadigen. Mijn instructeur zei telkens dat dit een zware fout was, omdat je naar een obstakel rijdt en het jouw schuld is wanneer je ertegen zit. Ik snap zijn punt, maar ik vind het raar dat ik gewoon moet stoppen in het midden van de straat en dan maar moet hopen dat de tegenligger ertussen kan... Tot nu toe is dit altijd gelukt, soms zeer nipt. Wat als ik in een situatie terechtkom waarbij de tegenligger niet kan passeren en we allebei stilstaan? Dit is namelijk mijn grootste angst voor op het examen: dat ik stop, maar de tegenligger in feite hinder omdat die niet kan passeren. Ik kan dat moeilijk inschatten, omdat het zo nipt is altijd.